We zijn nu twee weken onderweg en het besef dat we nog lang gaan reizen is ingedaald. We zitten nu op een punt dat we weer naar huis zouden gaan als het een gewone vakantie was geweest. Maar dat is het niet en dat merken we aan alles.

Het grootste verschil; de druk om iedere dag het beste eruit te halen en dat je niet denkt aan werk wat je normaal na een vakantie weer oppakt. Omdat we alles hebben opgezegd in Nederland (werk, huis, bezittingen) is er ook niks om naar om te kijken. Hoe spannend het ook was om alles op te zeggen, na twee weken werpt het zijn vruchten al af. Het zorgt voor een gevoel van rust en vrijheid die je bij een ‘normale’ vakantie niet ervaart.

Naast de mindset verandert ook het dagelijks ritme en de ‘standaard’ gewoontes. We worden wakker wanneer de zon opkomt en gaan naar bed niet lang nadat die weer onder is. Voor de oplettende lezer, dit is bijna 10 á 12 uur slaap per nacht en we zouden het iedereen aanraden;). S’ochtends poetsen we onze tanden, zetten we de verwarming aan (als het een koude nacht is geweest), gaan naar het toilet en ontbijten. Hierbij neemt alles meer tijd in beslag en vooral het naar de wc gaan (midden in de bus) was een groot vraagteken. Hoe gaat het zijn, hoe snel is de wc vol, waar gaat de ander heen? Het blijkt heel simpel te zijn, je gaat wanneer je moet. Het zorgt wel voor aparte situaties waarbij bijvoorbeeld de ander op hetzelfde moment achter het aanrecht staat. Maar het went al snel. Echt waar.

Tijdens het ontbijt bespreken we de dag en kiezen een nieuwe bestemming op basis van de omgeving, of er iets te doen is en of er goede reviews en foto’s zijn van de overnachtingsplek. De rit ernaartoe duurt niet langer dan 2 uur. Meestal rond de 1 tot 1,5 uur. Onderweg is het zoeken naar een supermarkt, een waterpunt (watertank bijvullen) en vuilnisbakken om ons afval weg te gooien.

Aangekomen op een nieuwe plek is het altijd even acclimatiseren. We parkeren de bus en lopen een rondje waarna er redelijk vlug een flesje wijn wordt geopend (Sib hoopt dat we dit niet een jaar lang gaan doen, Wiets zit er niet zo over in). We bedenken wat we die avond gaan eten en relaxen nog wat. Afhankelijk van de plek blijven we één of twee nachten.

Je agenda verteld niet meer hoe je de tijd gaat besteden. Je gebruikt de tijd niet meer, maar leeft met de tijd mee. De klok gaat nog even snel maar hij tikt anders.